Naar Cat Tien

Vandaag rijden we de stad uit en zien de hoge wolkenkrabbers langzaam achter ons verdwijnen. Voor ons volgt een groen landschap met metershoge dikke palm struiken. Daarna passeren ons, tussen het wilde groen, grote plantages met rubberbomen en teakhout.

Na zo'n 2 uur stoppen we bij een brug over een brede rivier.

Links en rechts van de brug drijven allemaal huisjes. Vissers.

Een van die huisjes bereiken we over een eenvoudige drijvende steiger.

In een soort raster op drijvende oliedrums in het water hebben ze bassins gemaakt waar de zojuist vers gevangen vis in ligt te spartelen. Grote vissen zoals meervallen worden trots aan ons getoond door de jongens die ze uit de bassins halen en in zakken met zuurstof stoppen om zo verkocht te kunnen worden.

Het tweede deel van de route gaat binnendoor langs vele dorpjes vol winkeltjes en opvallend veel kerken en godsdienstige beelden. Standbeelden van Maria tot Budda.

Deze streek is voornamelijk katholiek, maar er komt ook een gemengde vorm voor waar men alle godsdiensten met elkaar heeft vermengd. Het resultaat is een opvallend gebouw in Katholieke stijl met 2 torens aan de voorzijde. Maar die torens hebben dan weer typische chinese dakjes en de beelden verwijzen weer naar het boedisme.

Uiteindelijk eindigd onze weg bij een rivier. Na even wachten bij een tentje waar ik ondertussen een verse kokosnoot drink en waar we via de slaapkamer van de eigenaresse naar het krakkemikkige toilet worden geleid, komt er een bootje aan. We gaan met onze bagage op het bootje en worden naar de overkant gebracht naar het Cat Tien National Parc en belanden midden in het regenwoud.

Een kort ritje met weer een soort golfkarretje brengt ons naar de Forest Floor Lodge.

Na het vorige luxe hotel in de stad is dit het tegenovergestelde met een primitief houten hutje in de jungle. Maar we voelen ons helemaal thuis. Hier houden we van.

Vogelgeluiden, vlinders, hoge bomen, bamboe, palmen en mooie bloemen.

In dit grote natuurgebied leven heel wat dieren, hopen dat we wat te zien krijgen.

Boven ons bed hangt een grote klamboe en het huisje ruikt sterk naar citronella. Tsja dat is dan het nadeel, insecten en vooral muggen houden ook van de vochtige warme jungle. En het toiletpapier is hier zelfs vochtig. Ook dat hebben we eerder meegemaakt.

Na de lunch maken we een korte wandeling door het wilderige groen. Gewaarschuwd voor de vele bloedzuigers hier hebben we de lange broek aan en sokken er overheen.

Al snel kruipen de kleine beesten over onze schoenen. Waar het kan proberen we ze meteen weer te verwijderen, maar het zijn er echt veel.

Het staat hier vol met bijzondere, dikke hoge bomen met lianen en vijgenplant die zich om de boom heen wikkeld.

Terug van deze wandeling inspecteren we meteen onze voeten. En ja hoor, een bloedzuiger heeft zich toch een weg naar binnen weten te banen en zit op mijn voet.

Gelukkig is het verder niet schadelijk.

Zodra het donker is maken we nog een nachttour in een jeep. Helaas weet de gids met de schijnwerper alleen Sambar herten te spotten. En best veel ook. Maar helaas nog geen andere beestjes.

Voorlopig zijn de enige leuke beesten hier de twee speelse en aanhankelijke huiskatten. 

Na het avondeten doen we zelf nog even een poging en turen met de zaklamp rond de lodge. Daar vinden we grote gekko's op de muren en kikkers in de wc-pot.

Morgen weer het woud in en hopelijk vinden we dan nog wat.